De leeftijd voordat cement poreus wordt ligt ongeveer tussen de 25 en 50 jaar. Dit is afhankelijk van meerdere situaties. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de positie van uw huis in regen en wind, en aan welke kant uw huis in de zon/schaduw staat. De schaduwkant, waar dus het langste vocht op blijft staan, zal sneller verslijten als de kant waar de zon op schijnt.

Als cement in de loop der jaren verouderd, zal als eerste de aanhechting met de dakpan en nokvorst los laten. In dit geval zijn de bestaande nokvorsten nog prima te repareren. Het oppervlakkige cement is dan vaak makkelijk te verwijderen. De basis, dus het cement onder de nokpannen, is dan meestal nog in goede staat. De werkzaamheden gaan dan als volgt. De bestaande nokvorsten en aangrenzende dakpannen worden netjes schoon geborsteld. Het kapotte en losliggende cement wordt verwijderd en alle gaten/spleten worden op gevuld waarna er een behoorlijke dikke laag flexim tegen aan wordt gesmeerd. Flexim is een kunstof dakmortel wat slijtvast is en flexibel blijft. Het kan dus niet meer scheuren zoals cement. Flexim schrijft voor dat er massa verwerkt moet worden. Hiermee word bedoeld dat de laag tussen de drie en vijf cm dik verwerkt moet worden. De dikte van de laag is erg belangrijk voor de flexibiliteit van het materiaal en dus levensduur van de gerepareerde nokvorsten. Helaas wordt dit in de praktijk nog wel eens door veel bedrijven vergeten. De overlapping aan de bovenzijde van de nokvorsten dienen ook dicht gesmeerd te worden. Dit zorgt er voor dat de nokvorsten mooi aan elkaar vast liggen en dat er ook van boven af geen vocht meer tussen kan komen. Ook dit wordt regelmatig vergeten. Belangrijk is ook hoe de word aangebracht en hoe de randen af gewerkt worden.